A-serie, B-klasse… Soorten papier (formaten)

Vrijwel iedereen kent het formaat A4: het meest gebruikte papierformaat uit de A-serie met papierformaten. Maar wat zijn de precieze formaten? Wat zijn de verhoudingen? Waar worden de formaten voor gebruikt? En welke andere standaarden bestaan er?

We kunnen en zullen niet alle soorten en formaten papier bespreken (dit zijn er namelijk heeeeel veel!), maar na het lezen van dit artikel bent u een heel stuk wijzer. Beloofd.

A-serie

De A-serie wordt beschreven in de ISO 216-norm die van kracht is sinds 1975. De ISO 216 is de directe opvolger van de DIN-476-norm, die in Duitsland is opgesteld in 1922. België volgt deze normering sinds 1924. Nederland sinds 1925. 

Welke papierformaten zijn er kijkend naar de A-serie?
Op de afbeelding hieronder is te zien dat de A-serie van papierformaten, het eerstvolgende formaat steeds een tweemaal zo grote (of kleine) oppervlakte heeft.

Formaten in een handig overzicht? Download hier onze formaatwijzer.

Het A4tje is nog altijd het meest gebruikte papierformaat. A4 wordt o.a. gebruikt voor briefpapier, folders, boeken en in printers en kopieerapparaten. A0 is het grootste formaat in de A-serie en is gebruikelijk voor posters en billboards. Ook A3 wordt bijv. gebruikt voor posters en A5 veelal voor flyers.

Oblong- formaat
Oblong- formaat? Klinkt spannend, maar dat is het niet! Komt u dit tegen dan weet u voortaan dat dit een liggend formaat is, waarbij de lengte langer is dan de breedte.

B (en C) serie
Naast een A-serie bestaat er ook een B- (en C) serie. Het verschil tussen de A- en B-serie is dat de B- serie ruimere formaten heeft: B5 is groter dan A5, maar kleiner dan A4. De B-serie, wordt in Engeland als standaard aangehouden.

De B-serie is in het leven geroepen omdat een A-formaat soms te groot is, maar het volgende formaat te klein. De B-formaten hebben dezelfde verhouding als de A-formaten, namelijk 1:√2. Dat betekent dus dat een B1-formaat dubbelvouwen een B2 formaat geeft. Het uitgangspunt van de afmetingen is wel anders. bij A0-formaat omvat de gehele oppervlakte 1 m²: bij het B0-formaat is de lengte van de korte zijde: 1m.

C-formaten worden soms voor enveloppen gebruikt; een A4’tje past goed in een C4 envelop.

En M.C. – papier, wat is dat dan?
M.C. – papier, een veelgehoorde term als er over papier gepraat wordt. Maar wat is dat dan? M.C.–papier is papier dat een coating bevat. Deze coating maakt het papier beter bedrukbaar. Er bestaan verschillende M.C.’s: gesatineerd (verderop uitgelegd), silk en mat. M.C.-papier is geboren uit de vraag naar papier waarop steeds fijnere/gedetailleerde drukresultaten mogelijk moesten zijn. Het drukbeeld wordt opgebouwd uit rasterpunten. Hoe fijner het raster, des te fijner de details worden weergegeven.

Papier wordt ook gladder door kalanderen, waarbij papier door ongelijkmatig draaiende gestapelde walsen gehaald wordt. Hierbij wordt papier alleen niet helemaal glad: de vezels van het papier, liggen nog steeds over en onder elkaar. Met M.C. coating: een mengsel van krijt en kleipigmenten wordt het papier wel echt glad. Afhankelijk van de kwaliteit van het papier worden er tweezijdig één, twee of drie lagen coating aangebracht (single, double of triple coated mc).

Gesatineerd: Papier dat tijdens het papierfabricageproces op een satineerkalender, onder invloed van warmte, druk en wrijving, glad is gemaakt. Satineren heeft een positieve invloed op o.a. de gladheid, de bedrukbaarheid, de glans en de transparantie, maar ook een negatieve invloed op onder meer de witheid, stijfheid en opaciteit (mate van ondoorzichtigheid).

Meer informatie? Of bent u nieuwsgierig wat Vogelaar voor u kan doen? Wij helpen u graag! Neem contact op met Mark Bonenkamp of bel naar +31 30 60 33 514.